De onbekende wereld van boekzegeltjes
Wie weleens een wat ouder boek openslaat, kan dan zomaar aan de binnenkant van de band of het omslag een klein zegeltje of etiketje tegenkomen met daarop de naam van een boekhandel.
Wie weleens een wat ouder boek openslaat, kan dan zomaar aan de binnenkant van de band of het omslag een klein zegeltje of etiketje tegenkomen met daarop de naam van een boekhandel.
Het Universiteitsmuseum Utrecht start samen met een consortium met o.a. de Vrije Universiteit, het Nationaal Museum voor Wereldculturen én het Indonesische museum Pusaka Nias een onderzoek naar de zogenaamde Niasmaskers. Dit zijn gipsen afgietsels van de gezichten van inwoners van het Indonesische eiland Nias. Deze afgietsels zijn in de koloniale tijd gemaakt ten behoeve van onderzoek door Prof. Kleiweg de Zwaan. Indertijd zijn ze echter nooit gebruikt voor onderzoek. Nu gebeurt dit alsnog.
Natuurkunde vormde een van de disciplines waarmee de bètafaculteit, de ‘vierde’ faculteit van de VU, in 1930 van start ging. Gerard Sizoo werd de eerste hoogleraar in de experimentele natuurkunde en bracht het onderzoek naar radioactiviteit en kernfysica naar de VU. Hoe staat het nu met het onderzoek in de natuurkunde aan de VU? Lees hier de terugblik op het begin van de opleiding aan de hand van een ampul ‘zwaar water’, en een beschouwing van prof. dr. Wim Ubachs over het hedendaagse onderzoek.
In mijn vorige blog liet ik zien dat de incunabelencollectie van de UB Groningen zeer divers is. Deze keer zal ik proberen te ontsluieren waar deze diversiteit vandaan komt.
Op 15 april 1820 hield notaris Jan F.M. Ganderheyden (1787-1851) voor de Bossche afdeling van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen een toespraak.
Bij de term incunabel zul je waarschijnlijk niet direct denken aan een universiteitsbibliotheek, in elk geval ik deed dat niet. Het betreft echter een van de waardevolste schatten van de UB, namelijk boeken gedrukt vóór 1501. De term verwijst naar het Latijnse woord incunabulum, dat wieg betekent.
De man die vrijwel alles bewaarde wat hij schreef IJdel, arrogant, briljant, controversieel, beroemd, berucht, scherpzinnig, zelfverzekerd, schaamteloos, vernieuwend, hyperkritisch, schuinsmarcheerder; een dozijn typeringen die alle toepasbaar zijn op een van Nederlands internationaal meestbekende historici, Pieter Geyl.
Op zondag 22 oktober 1606 namen twaalf rederijkerskamers deel aan het Haarlemse Landjuweel, dat georganiseerd werd door de plaatselijke kamer De Pellicanisten, ook wel bekend onder hun devies ‘Trou moet Blycken’. De feestelijke competitie van de dichtgenootschappen duurde tien dagen en moest het aanwezige publiek tot vrijgevigheid aanzetten.
Itinerarium van de cartograaf: Ubbo Emmius Stel je voor: persoon A ontdekt dat de gevestigde orde haar informatie voornamelijk op fabels baseert en onthult zodoende dat het verleden glansrijker wordt verbeeld dan de realiteit toestaat. Persoon B (van deze zogenoemde gevestigde orde) reageert op deze aantijgingen door persoon A in diskrediet te brengen door
1594-1821 In het laatste decennium van de 16de eeuw maakten de bestuurders van de prille Leidse universiteit – opgericht in 1575 – zich zorgen. De studentenaantallen voldeden niet aan de verwachtingen, was deze onderwijsinstelling wel een lang leven beschoren? Er waren duidelijk maatregelen nodig om haar aantrekkelijker te maken.